Gemakkelijk online een bv oprichten?
Dat kan!
Voor veel ondernemers zijn de fiscale voordelen die met een holding bereikt kunnen worden niet altijd even duidelijk of kenbaar. Een van de voordelen die je met een holding kan bereiken is het creëren van een fiscale eenheid tussen twee of meerdere BV’s. Simpel gezegd, bij een fiscale eenheid worden de twee of meerdere BV’s niet als verschillende belastingplichtigen (door de Belastingdienst) gezien maar als één. Deze fiscale eenheid kan je voor twee verschillende belastingen creëren. Allereerst voor de vennootschapsbelasting (winstbelasting) en de tweede is voor de omzetbelasting (BTW). Elk van de twee heeft verschillende voordelen en voorwaarden waaraan dient te worden voldaan. In dit artikel zullen beide fiscale eenheden worden beschreven en uitgelegd.
In hoofdregel is elke BV zelfstandig belastingplichtig voor de Belastingdienst. Dit betekent dat de winst die de BV zelf maakt, ook zo belast wordt. Bij de fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting worden twee of meerdere BV’s als één belastingplichtige gezien door de Belastingdienst. Doordat de Belastingdienst maar één belastingplichtige ziet, worden onderlinge resultaten met elkaar verrekend.
Voorbeeld Stel dus dat je een holding, werkmaatschappij 1 en werkmaatschappij 2 hebt (zie afbeelding). Werkmaatschappij 1 bestaat al een paar jaar en draait goed. Werkmaatschappij 2 is afgelopen jaar begonnen en heeft nog veel aanloopverliezen. Normaliter zouden de winsten van werkmaatschappij 1 belast zijn en met de verliezen van werkmaatschappij 2 kan niks worden gedaan.
Situatie 1 Werkmaatschappij 1
Winst: €150.000 Vennootschapsbelasting 15%: €22.500 Winst na belasting: €127.500
Werkmaatschappij 2 Verlies: €50.000 Vennootschapsbelasting 15%: €0 Winst na belasting: -/- €50.000
Samengevoegde: €127.500 -/- €50.000 = €77.500
Situatie 2 Bij de fiscale eenheid kunnen de resultaten van de BV’s in de fiscale eenheid worden verrekend met elkaar. Dit is fiscaal gunstig bij bijvoorbeeld aanloopverliezen. Zie hieronder het rekenvoorbeeld.
Werkmaatschappij 1 Winst: €150.000
Werkmaatschappij 2 Verlies: €50.000
Winst: €150.000 -/- €50.000 = €100.000 Vennootschapsbelasting 15%: €15.000 Winst na belasting: €85.000
Voordeel ten opzichte van situatie 1: €85.000 – 77.500 = €7.500
Zoals je ziet levert het verrekenen een behoorlijk cashvoordeel op. Naast de mogelijkheid om verliezen onderling met elkaar te verrekenen, heeft de fiscale eenheid nog een aantal voordelen:
Aan bovengenoemde voordelen kleven wel een aantal voorwaarden. De voorwaarden zijn:
De moedermaatschappij of holding moet minimaal 95% van de aandelen in de dochtermaatschappij bezitten en recht hebben op minimaal 95% van de winst, vermogen en stemrecht van de dochter. Stel jij bent enig aandeelhouder van de holding en deze houdt alle aandelen in de werkmaatschappij, is aan deze voorwaarden voldaan. Daarnaast worden eisen gesteld aan de rechtsvorm (eenmanszaak kan bijvoorbeeld niet). De moeder (holding) en dochter moeten hetzelfde boekjaar en winstbepaling hanteren. Als er wordt voldaan aan bovenstaande voorwaarden kan je schriftelijk een verzoek indienen bij de Belastingdienst.
Over de eerste € 245.000 winst betaal je 15% vennootschapsbelasting, daarboven betaal je het zogenaamde hoge tarief van 25%. Doordat je optelt, kom je sneller boven het gunstige belastingtarief. Zorg dat je hierop anticipeert, want iedere BV kan afzonderlijk gebruik maken van het lage tarief wanneer ze niet in de fiscale eenheid zouden zitten. Alle vennootschappen in de hele fiscale eenheid zijn hoofdelijk aansprakelijk voor de belastingschulden. De Belastingdienst kan dus bij iedere onderneming aan komen kloppen voor de totaal verschuldigde belasting. In de fiscale eenheid worden alle investeringen bij elkaar opgeteld en dit kan nadelig uitpakken voor de investeringsaftrek. Je zit dan namelijk sneller aan het maximum doordat je als één vennootschap wordt gezien.
Naast de fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting, bestaat de fiscale eenheid in de omzetbelasting (BTW). Ook hierbij geldt dat standaard elke BV als zelfstandig belastingplichtige wordt gezien door de Belastingdienst. Elke verrichte dienst of levering van een goed tussen twee partijen is (in hoofdregel) belast met BTW. Wanneer er tussen twee BV’s een fiscale eenheid is voor de BTW hoeven onderlinge verrichte diensten of leveringen van een goed niet belast te worden met BTW. Dit biedt allereerst een cashvoordeel op. Want als ondernemer ben je eigenlijk voor de BTW neutraal en betaalt de uiteindelijk consument de BTW, maar zelf draag wel bij elke inkoop BTW af. Pas na de kwartaalaangifte krijg je pas na ongeveer een maand het overmatig afgedragen bedrag teruggestort. Zoals elke ondernemer weet, cash is king. Hieronder staan de voordelen voor de BTW opgesomd:
Er is sprake van één btw-aangifte voor alle ondernemingen in de fiscale eenheid. Dit scheelt je in de boekhouding en administratie. De vennootschappen in de fiscale eenheid betalen geen BTW over onderlinge leveringen van goederen en diensten. Je brengt deze niet in rekening, en trekt deze ook niet af.
Ook hier gelden voorwaarden: Alle deelnemers moeten ondernemer zijn voor de BTW; Zij dienen in Nederland gevestigd te zijn; Zij moeten op financieel, organisatorisch en economisch gebied verweven zijn.
Financiële verwevenheid ziet op de zeggenschap, namelijk dat meer dan 50% van de aandelen (in)direct in dezelfde handen moet zijn. Let op dat is dus (simpel gezegd) minimaal 50,1%. Organisatorische verwevenheid ziet op de gezamenlijke, centrale leiding van de vennootschappen. Ten slotte wil economische verwevenheid zeggen dat activiteiten van de vennootschappen van elkaar afhangen of dat zij bijvoorbeeld dezelfde klantenkring hebben.
Je kunt een fiscale eenheid vormen met iedere rechtsvorm, maar mag niet uit alleen natuurlijk personen bestaan.
In tegenstelling tot de fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting, ontstaat de fiscale eenheid voor de BTW vanzelf. Je kunt ervoor kiezen wel of niet te handelen als eenheid. Daarnaast kan de Belastingdienst door eigen bevindingen of op jouw verzoek een beschikking afgeven, dan staat het ook geregistreerd.
Alle vennootschappen in de hele fiscale eenheid zijn hoofdelijk aansprakelijk voor de door de fiscale eenheid te betalen BTW. Ook hier kan de Belastingdienst dus bij iedere onderneming aan komen kloppen voor de totaal verschuldigde BTW. Let op, deze hoofdelijke aansprakelijkheid stopt pas, zodra Belastingdienst op de hoogte is dat de fiscale eenheid niet meer bestaat! Meld het dus zo snel mogelijk wanneer niet meer aan de voorwaarden voor de fiscale eenheid wordt voldaan.
Wil je meer weten over het aangaan van een fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting of BTW? Neem dan contact op met één van onze specialisten. Vind meer informatie over het verbreken van de fiscale eenheid omzetbelasting.
Dankzij jarenlange ervaring weten wij ondernemers te helpen met het juiste advies.